Markt

We lopen terug over de Kinkerstraat, langs de markt. Moeder heeft gezegd dat ze er niks aan vindt, de markt. De markt is voor goedkope mensen. Niet voor haar. Zij heeft immers geld genoeg, vindt ze. ‘Kijk,’ wijst Lief, als we bij de Klinker zijn aangekomen, ‘daar woon je nu.’ Moeder is verbaasd. ‘Hier? Daar weet ik niks van.’ Ze vraagt opnieuw of ze wel sleutels bij zich heeft, en haar tas. We zeggen dat het niet nodig is, sleutels bij je hebben, ze hebben hier een portier, de deur gaat automatisch open. Dat vindt moeder handig. ‘Heb ik mijn auto hier ergens staan?’ wil ze dan weten, want hoe moet ze hier anders gekomen zijn. Speurend kijkt ze rond, maar ze ziet haar auto niet. Wel merkt ze op, dat er heel wat andere auto’s staan geparkeerd. Van wie zouden al die auto’s zijn? Ze kent die mensen niet.

Geplaatst in Moeder Doen