F. Starik (1958) is schrijver, dichter, zanger en kunstenaar. In de periode 2010-2012 was hij de vierde stadsdichter van Amsterdam. Recent publiceerde hij de dichtbundels Songloed (2007), Victoria (2009), de roman De gastspeler (2010), Een steek diep, schetsen van verloren levens (2011), en de dichtbundel Door (2013).
Starik studeerde aan Rietveld Academie en Rijksacademie, fotografie en mixed media. Ondertussen werkte hij enige jaren op het kantoor van poëziefestival One World Poetry. Van daaruit organiseerde hij onder andere een tournee langs jongerencentra met bevriende dichters onder de vlag van H.J. van de BijL. In 1987 verscheen zijn officiële debuut Nepvuur (In de Knipscheer), spoedig gevolgd door de geruchtmakende bloemlezing Maximaal. Hij debuteerde overigens op zestienjarige leeftijd met een bundeltje in eigen beheer: Mot, of de neerslag van de twijfel. Tien jaar lang was hij de zanger van Willem Kloos Groep, harde muziek op tekst van dode dichters. De Groep bracht vier cd’s uit.
Sinds zijn afstuderen is hij verbonden aan de Flatland Galerie te Utrecht waar hij diverse solo- en groepstentoonstellingen had. Daarbij richtte hij aan de Amsterdamse Rozengracht het Starik Museum van kleine werken op. In 1993 verscheen een roman in briefvorm, Mijn Leven Als Museum. Twee jaar later bouwde hij daar Nieuwe Vleugel (foto’s brieven, gedichten, uitg. Voetnoot) aan. In 2000 verscheen het kunstwerk De zwaaiende fietser op zestien onopvallende straathoeken in het Amsterdamse stadsdeel Westerpark. Daar is ook een dichtregel in neon vastgelegd: ‘Langs de Kostverlorenvaart / zag ik het schip Ambitie varen.’ Een aantal jaar geleden werd The Floating Poetry Room opgeleverd, een verblijfsruimte op IJburg van de Iraanse architect Siah Armajani met in het hekwerk een gedicht van zijn hand. Zowel in de OBA als in de Hogeschool van Amsterdam wonen gedichten zijn hand.
Het jaar 2001 bracht tentoonstelling, cd en dichtbundel Simpele Ziel; hij trad met het Voerendaals mannenkoor op het Crossing Border-festival op. In 2003 was hij de curator van De grote vakantie, een ode aan het jaarlijkse gat in de tijd, met medewerking van een veertigtal kunstenaars, in Arti & Amicitea. De bijbehorende, gelijknamige bundel, zijn laatste bij In de Knipscheer, verscheen een jaar later. Rode Vlam en De verdwijnkunstenaar verschenen gelijktijdig in 2004 bij Vassallucci.
Sinds 2002 beheert Starik de Amsterdamse Poule des Doods, een groep dichters van wisselende samenstelling die bij eenzame uitvaarten gedichten schrijft en voordraagt. De eenzame uitvaart, een boek met daarin een vijfentwintigtal verslagen en de bijbehorende gedichten van de deelnemende dichters, verscheen in 2005 bij uitgeverij Nieuw Amsterdam. Een mid-price editie van De eenzame uitvaart verscheen het jaar daarop. Hij werd dat jaar door Het Parool genomineerd als ‘Amsterdammer van het jaar.’ In 2012 zond de NTR in ‘het uur van de wolf’ de documentaire ‘Poule des doods’ van Astrid Bussink uit.
In 2007 werd zijn bundel Songloed door de Poëzieclub werd verkozen tot ‘clubkeuze’. In 2013 gebeurde dit met Door opnieuw. In 2009 ontving hij de Amsterdamprijs voor de Kunsten voor zijn gehele oeuvre. In 2011 verscheen bij uitgeverij Reservaat De humor van het theezakje, een bundeling essays en artikelen die hij schreef voor onder andere NRC, Awater en Hollands Maandblad. Bij zijn afscheid als stadsdichter werd hem door de burgemeester het ‘Ereteken van verdienste’ opgespeld, een onderscheiding die hij deelt met onder andere Manke Nelis, André Hazes en Willeke Alberti. Bij dat afscheid verscheen een speciale, driedubbeldikke editie van de daklozenkrant, Z-magazine, geheel gewijd aan zijn stadsdichterschap, in een oplage van twintigduizend exemplaren.
Naar verwachting verschijnt in november 2013 een roman in extreem korte hoofdstukjes onder de titel Moeder doen bij uitgeverij Nieuw Amsterdam. Starik is in zijn vrije tijd docent Tekst & Vorm bij de afdeling Creative Writing op de Arnhemse kunstacademie ARTEZ.
F. Starik treedt zeer regelmatig op, op festivals als Lowlands, Oerol, Dichter aan huis, maar ook in uw plaatselijke bibliotheek en bij uw leesclub thuis. Soms met bevriende muzikanten als Martin Fondse, Saskia Meijs, Eddie Kuijpers, Modeste Breukers en het achtkoppig blazersensemble Waarschuwing voor de Scheepvaart. Hij is wekelijks te horen in ‘de Nacht van het goede leven’, een programma van Adeline van Lier, radio 1: eerst met de rubriek ‘gedichten die de bundel niet zullen halen’ rond het verschijnen van Door, vanaf 13 mei met wekelijks een hoofdstuk uit Moeder doen.
In 2013 sloeg hij zijn eigen munt, naar een ontwerp van Melle Hammer, bij de Kunst Reserve Bank. F. Starik is te boeken via Stichting Schrijvers School en Samenleving.