De onvolprezen Adeline van Lier, presentator van de Nacht van het Goede Leven, heeft twee weken vakantie, en hervat haar wekelijkse uitzending pas weer Na De Feestdagen, in de nacht van 7 op 8 januari van het nieuwe jaar. Omdat ik nooit vrij heb, en mijn trouwe lezer niet mag teleurstellen, bereiken we daarmee de bodem van de bodem: een gedicht dat niet alleen de bundel niet zal halen, maar zelfs haar nachtelijke radio-uitzending zal moeten missen.
Een schitterend ongeluk
Vrijdag kwam de kerstboom, netjes in een pot geplant.
Daar was mama met het engelenhaar, de ballen, net
als ieder jaar mocht papa weer de kerstlampjes ontwarren.
Wij voltooiden het geheel met snoep en koek, medailles,
alle speelgoed met een gat erin of met een haak eraan.
Namen de kerststal in gebruik: kleine broer plaatste naast Jozef
en Maria, de ezel en het kribbetje een hond, een tijger. En Sinterklaas.
Grote broer reed auto’s af en aan, de stal werd een garage, waar
voor de eerste hulp de herdertjes bij nachte stonden. Achter de stal
een fel-oranje megawup, als een reusachtig ondergaande zonne.
.