Een enkele keer ga ik naar Eindhoven om zitting te nemen in de jury van een poëzie-slam, nu ja, er is een café, waar dan op zondagmiddag dichters optreden, er is een jury, die daar wat van vindt. Eén van de dichters die daar optrad was Bernd Ebbo Visser. Hij ontlokte mij de opmerking ‘dat grote moeilijkheden in het leven niet noodzakelijkerwijs leiden tot grote poëzie’, waarmee ik mij, vond ik zelf, mild uitdrukte. Dit leidde tot enig tumult in het café, en leverde mij een vreeswekkende reputatie op, aldaar, als het hardvochtigste, wreedste jurylid dat Eindhoven ooit had gekend.
Nu vroeg hij me, een voorwoord voor zijn nieuwe, alweer vierde, bundel gedichten te schrijven. Hij verkoopt die bundels, op straat, in Arnhem, waar hij woont. Ik vroeg hem, gezien de wijze waarop hij zijn gedichten aan de man brengt, of het niet beter een nawoord zou zijn. Dat vond hij prima. Dus schreef ik een nawoord . Je vindt het hier: