Een paar weken geleden. Toen begon het. Op bij mij thuis frequent en grotendeels gelezen Poëzienieuwsdiensten als -www.decontrabas.com – en -www.epibreren.com/rs – ontstond rumoer nadat Adriaan Jaeggi werd benoemd tot Stadsdichter van Amsterdam. De kern van het hartstochtelijk beoefende Jaeggi-bashen bestond eruit, dat hij zich geen stadsdichter mocht noemen, omdat hij immers maar een door stadsdeel werd benoemd, namelijk stadsdeel Centrum. Dat is niet goed hè, zong Meindert Talma al.
Min of meer voor de grap legde ik mijn deelwethouder voor dat er in dus Amsterdam, immers opgedeeld in vijftien bestuurlijke eenheden van middelgrote omvang, plaats zou zijn voor evenzovele stadsdeeldichters. Ik zag veel werkgelegenheid voor dichters in het verschiet.
Als richtbedrag koos ik voor hetzelfde salaris dat Centrum voor een dichter overhad.
Ik weet niet hoe serieus ik daar in was. Enerzijds zie ik de futiliteit van mijn voorstel in, anderzijds ontroert het idee dat een dichter op dit microniveau –iets- kan betekenen me wel.
Nadat de deelwethouder positief reageerde, en er via intensief mailcontact een concreet voorstel groeide, en er bij juist serieuze kandidaten een aarzeling te bespeuren was, op deze eervolle en naar het zich laat aanzien aanzienlijk minder goed betaalde functie dan elders (voorlopig staat het bod van de wethouder op 2.500,- sjaars, zijnde precies de grootte van het enige gaatje dat hij nog op zijn begroting kon vinden) te solliciteren, want ach, die Starik zou wel worden wat hij had bedacht, besloot ik om niet zelf voor kandidaat te staan. Toen pas.
Ik zou het verontwaardigde gehuil niet willen horen, gesteld dat de afstand zou moeten worden geschaatst door degene die eerst had uitgerekend op welke afstand hij zou excelleren, de twaalf millimeter 63 precies.
Iets beginnen om er zelf beter van te worden. Beter zou men belangeloos in het leven staan. Daarvoor heeft men financiering nodig, en ik heb zojuist een substantieel bedrag elsewhere veroverd, dit niet helemaal terzijde: men moet zich een opstelling kunnen veroorloven.
Het verschaft me méér genoegen, als we dan toch aan de stadsdeeldichter moeten, om aan de wieg van dit wonderlijke verschijnsel te hebben gestaan en, eenmaal dit treintje in beweging gezet hebbend, dan ook tot een echt waardevolle invulling van dit experiment te komen, dan om nu precies meteen zelf de eerste te willen zijn.
Dus verlies ik mij in futiele kwesties als de samenstelling van de commissie die de dichter moet gaan aanwijzen, of de wethouder niet toch liever een verkiezing wil organiseren, of dat allemaal zo sterk aan de gemeenteraadsverkiezingen moet worden gekoppeld, of er eerst een longlist en dan een shortlist moet komen, om maar te zwijgen van de taak & bevoegdheden van die commissie, die natuurlijk vol-strekt on-af-han-ke-lijk moet gaan opereren.
Het moet allemaal vlug in elkaar gezet: op een ander niveau is de deeldichter een uitvloeisel van een politiek steekspelletje. In het geval van dit stadsdeel dreigt de sinds jaar & dag regerende coalitie van groenlinks en pvda haar meerderheid te verliezen aan de (ter plaatse kunstvijandige, want er is nog zoveel armoe in dit land) sp, die hier voor het eerst aan verkiezingen meedoet, en dan dus met die van ons gemeenschapsgeld betaalde dichter opgescheept zit.
En dat is nog niet alles: sommige dichters denken nu serieus na over hun invulling van het nieuwe ambt, en dat heeft alvast tot een paar waardevolle nominaties geleid. Er worden plannen uitgebroed. Ik hoop u in de loop van de volgende week een aantal namen door te kunnen geven die ook bij u de verwachting scheppen dat het een mooi beroep wordt, dat van stadsdeeldichter.
De dingen hebben zo hun eigen dynamiek. Het is niet uit te sluiten dat er iemand gevonden wordt die het deeldichterschap een krachtige en waardevolle invulling geeft, het zou zomaar kunnen dat ook op deze relatief kleine schaal dichters iets voor hun omgeving kunnen betekenen, nee, ik ben niet tegen nuttige kunst, en ja, dat maakt mij zelf ook aan het lachen.
Er is domweg een mogelijkheid, als het stadsdeeeldichterschap op consciëntieuze wijze wordt uitgevoerd, dat het hoongelach verstomt, en dat er geen sprake zal blijken te zijn van een tragische vergissing.
En ik vergeet mezelf daarbij niet: met een beetje geluk kan ik nog wel een centje verdienen met de presentatie van de avond, dat de eerste officiële stadsdeeldichter van zoniet de wereld dan toch van Nederland, wordt aangesteld in mijn geliefde stadsdeel Westerpark.